De dienst is te volgen met beeld en geluid op: www.kerkdienstgemist.nl
Aanvang : 09:30 uur.
Voorganger: Ds Gerbrand Segger
Organist : Koos Akkerman
Ouderling van dienst: Joke Suk-van Boven
Orgelspel
Welkom en mededelingen door de ouderling van dienst
Aanvangslied: NLB 66 vers 1 en 3 “Breek aarde uit in jubelzangen”
Onze hulp en groet
toenaderingsgebed
NLB 975: 1, 2 en 3 “Jezus roept hier mensen samen”
Rondom het Woord
Gebed bij de opening van het Woord
Lezing O.T.: Psalm 66: 1-12
NLB 835: 1, 2 en 3: “Jezus, ga ons voor”
Lezing N.T.: Lucas 10: 1-9
NLB 965 “Heer stuur zelf het schip der kerk”
Overdenking van het Woord
Meditatief orgelspel
NLB 974: 1, 3 en 4 “Maak ons uw liefde, God”
Gebeden en gaven
Dankgebed - voorbeden - stil gebed - Onze Vader
Zending en Zegen
Slotlied: NLB 967: 1, 4, 5, 6 en 7 “Zonne der gerechtigheid”
Zending en zegen, gesproken amen
Orgelspel
Lezingen:
Psalm 66: 1-12
1 Voor de koorleider. Een lied, een psalm.
Heel de aarde, juich voor God,
2 bezing de eer van zijn naam,
breng Hem eer en lof.
3 Zeg tot God: ‘Hoe ontzagwekkend zijn uw daden,
uw vijanden kruipen voor U, zo groot is uw macht.
4 Laat heel de aarde voor U buigen
en zingen, uw naam bezingen.’ sela
5 Kom en zie de werken van God,
zijn daden vervullen de mens met ontzag:
6 Hij heeft de zee veranderd in droog land,
zijn volk trok te voet door de rivier.
Laten wij ons dan in Hem verheugen:
7 machtig heerst Hij, voor eeuwig,
zijn ogen waken over de volken.
Laat niemand zich tegen Hem verzetten. sela
8 Prijs, o volken, onze God,
laat luid uw lof weerklinken,
9 Hij heeft ons het leven gegeven
en onze voeten voor struikelen behoed.
10 U hebt ons beproefd, o God,
ons gezuiverd, gezuiverd als zilver,
11 ons in een vangnet gedreven,
ons een zware last op de schouders gelegd.
12 Strijdwagens zijn over ons heen gereden,
wij zijn door vuur en door water gegaan,
maar U bracht ons naar een land van overvloed.
Lucas 10: 1-9
1 Daarna stelde de Heer tweeënzeventig anderen aan, die Hij twee aan twee voor zich uit zond naar iedere stad en plaats waar Hij van plan was heen te gaan. 2 Hij zei tegen hen: ‘De oogst is groot, maar er zijn weinig arbeiders; vraag dus de eigenaar van de oogst of Hij arbeiders wil sturen om de oogst binnen te halen. 3 Ga op weg, en bedenk wel: Ik zend jullie als lammeren onder de wolven. 4 Neem geen geldbuidel, geen reistas en geen sandalen mee, en groet onderweg niemand. 5 Als jullie een huis binnengaan, zeg dan eerst: “Vrede voor dit huis!” 6 Als er iemand woont die de vrede liefheeft, zal jullie vrede met hem zijn; zo niet, dan zal die vrede bij je terugkeren. 7 Blijf in dat huis, en eet en drink wat men je aanbiedt, want de arbeider is zijn loon waard. Ga niet van het ene huis naar het andere. 8 En als jullie een stad binnengaan en daar welkom zijn, eet dan wat je wordt voorgezet, 9 genees de zieken die er zijn en zeg tegen hen: “Het koninkrijk van God heeft jullie bereikt.”